Op donderdag 9 mei stond het Latin American Film Festival in Utrecht in het teken van het dagthema Forever Young. De focusfilms Tiempos Menos Modernos van Simón Franco en El muerto y ser feliz van Javier Rebollo laten beiden een man op leeftijd zien in hedendaags Argentinië: de één binnen steeds dezelfde vierkante meters tegen de gure achtergrond van zuidelijk Patagonië; de ander op een roadtrip door het noorden van het land.
Dit verslag is ook te lezen in de dagkrant van het festival, de LAFF Daily, waarin dagelijks artikelen en besprekingen van het LAFF worden gepubliceerd.
Een opmerkelijk verschijnsel heeft de afgelopen jaren zijn intrede gedaan in de Latijns-Amerikaanse cinema: waar hiervoor jarenlang adolescenten met hun vraagstukken de Latijns-Amerikaanse films domineerden, nemen de laatste tijd opvallend veel vijftigplussers het roer over. En waar jongeren altijd iets vertellen over de toekomst van een land of continent, nemen de ouderen ons onherroepelijk mee terug naar het verleden. Niet altijd even opbeurende films dus, maar cinema die de kijker dwingt achterom te kijken, en daarna met de kennis van het verleden naar het heden. Tiempos menos modernos wordt ingeleid door hoofddocent dr. Arij Ouweneel, die tijdens het LAFF vier films bespreekt in het kader van het ‘LAFF & CEDLA Film Course’. Deze filmcursus analyseert de films binnen de bredere cursus “Filmen in postliberaal Latijns-Amerika”, die op het CEDLA gegeven wordt. Alle films kunnen volgens Ouweneel worden gezien als visies van de regisseurs op het postliberale Latijns-Amerika, en het terugkijken op het neoliberalisme gaat hier door de ogen van de bejaarde personages uit de films. Hij nodigde alle kijkers uit een bespreking van de film naar hem te mailen (per brief versturen mag ook – voor wie wat moeite heeft met de moderne tijden); een verplicht onderdeel van de cursus, maar ook voor de rest van het publiek een welkome opdracht.
Tiempos menos modernos vertelt het verhaal van Ramiro Payaguala, een afstammeling van het Tehuelchevolk, dat vroeger woonachtig was in zuidelijk Argentinië en Chili en door de Spanjaarden nooit echt gekoloniseerd is geweest. Payaguala neemt zijn achtergrond serieus; zijn levensstijl is sober maar inventief, hijzelf autonoom. Hij laat zich niet van zijn ranch verjagen ondanks aandringen van verschillende kanten en vult zijn dagen met het verzorgen van schapen en kippen, gitaarspelen, zingen en het maken van allerhande kleine muziekinstrumentjes. Dan ontvangt hij een telefoon, schotelantenne en televisie van de overheid, en wordt zijn nog ‘onbedorven’ (zoals ‘het inheemse’ wordt gezien) leven overspoeld met sentimentele telenovelas, reclame voor buikspierapparaten, voetbal en realityprogramma’s. Hiermee vraagt de film zich af of het nu goed of slecht is wat Payaguala overkomt, en of het beeld dat de kijker krijgt van een man als hij, wel strookt met de ‘werkelijkheid’.
In El muerto y ser feliz zien we een hele andere soort man, van Spaanse origine en ex-huurmoordenaar bovendien. Toch is ook hij zelfbeschikkend en weigert hij goedbedoelende jongeren voor hem te laten kiezen. De bestemming van deze Santos is even onduidelijk als onafwendbaar: zijn lichaam is naar eigen zeggen een ‘tumorfabriek’ en een koelbox vol morfine is zijn enige wapen tegen de naderende dood. In zijn antieke Ford, trekt Santos door het wonderlijke Noord-Argentijnse landschap en krijgt onderweg gezelschap van de (ook al niet meer zo heel) jonge Erika. Deze geestige film met ernstige ondertoon verbeeldt personages met heftige verledens en biedt en passant een interpretatie van de Argentijnse cultuur en geschiedenis. Beide films volgen min of meer hetzelfde schema – man op leeftijd maakt kleine persoonlijke ontwikkeling door en wordt daarin versterkt door de tijdelijke aanwezigheid van een onbekende in zijn leven – en eindigen niet dramatisch anders dan waar ze begonnen waren. Een blik op de Argentijnse samenleving, door de ogen van een inheemse en Spaanse afstammeling, en op een niveau daarboven dan weer door de ogen van twee jonge regisseurs, één uit Argentinië en de ander uit Spanje. Om daar nog maar eens goed over na te denken.
reageren